Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als hij [24]gezegd had, dat men den kinderen [25]van Juda den boog [26]zou leren; ziet, [27]het is geschreven in het boek [28]des Oprechten. 24. Dat is, bevolen, orde gesteld, om het volk Gods na huns konings dood vooreerst op te richten en tot kloekmoedigheid te vermanen, opdat zij door zijn volgend klaaglied niet versaagd mochten worden. 25. Uit welken stam David zelf gesproten was, en die de belofte Gods had van het koninkrijk en dapperheid in den oorlog; Gen.49:8,9,10. 26. Versta het hanteren van den boog, om geoefende schutters en krijgslieden te worden, naar Sauls en Jonathans exempel, vs.22. 27. Dit kan men alzo verstaan, dat in dit boek geschreven is geweest, wat David diepaangaande voor orde gesteld heeft, om de oefening der krijgswapenen bij zijn stam gemeen te maken. 28. Van dit boek, zie Joz.10:13.